
Ongelijke verdeling huwelijksgoederengemeenschap en verrekenbeding wordt fiscaal aangepakt
Het kabinet pakt de ongelijke verdeling van huwelijksgoederengemeenschap en verrekenbeding aan. Op basis van een wetsvoorstel dat terugwerkt tot 18 april 2025, kan erf- of schenkbelasting worden geheven als een van beide partners meer dan de helft van het gezamenlijke vermogen ontvangt bij overlijden of echtscheiding.

Aanleiding voor wetswijziging
In een arrest van de Hoge Raad in 2024 werd geoordeeld dat een ongelijke verdeling waarbij een partner 90% van de huwelijksgoederengemeenschap ontving, niet in strijd was met de wet. Deze situatie ontstond in het zicht van overlijden. Het kabinet wil dit soort fiscale constructies tegengaan met een wetswijziging.
Wat houdt de constructie in?
Partners passen in het zicht van overlijden hun huwelijksvoorwaarden of verrekenbeding aan. Hierdoor ontvangt de langstlevende partner een groter deel van het gezamenlijke vermogen. Dat leidt tot lagere erfbelasting dan bij een gelijke verdeling van 50%-50%.
Dezelfde gevolgen kunnen optreden bij een verrekenbeding, bijvoorbeeld in het geval van een scheiding.
Wat stelt het kabinet voor?
De nieuwe regeling gaat veel verder dan het verbieden van wijzigingen in het zicht van overlijden. Voorgesteld wordt dat bij elke ontbinding van een huwelijksgoederengemeenschap of bij elk verrekenbeding waarbij een partner meer dan 50% ontvangt, sprake is van:
- Erfbelasting, bij overlijden
- Schenkbelasting, bij echtscheiding
Deze belastingplicht geldt ongeacht het moment waarop de huwelijksvoorwaarden zijn aangepast - tenzij ze vóór 18 april 2025 zijn vastgesteld.
Gevolgen bij overlijden of echtscheiding
- Ontvangt de langstlevende partner meer dan de helft van het vermogen bij overlijden? Dan wordt het meerdere fiscaal behandeld als erfenis en is erfbelasting verschuldigd.
- Ontvangt een van de partners meer dan 50% bij echtscheiding? Dan wordt dit meerdere gezien als schenking, waarover schenkbelasting moet worden betaald.
Terugwerkende kracht vanaf 18 april 2025
De maatregel krijgt terugwerkende kracht tot 18 april 2025, de datum waarop deze werd aangekondigd in de Voorjaarsnota. Alle wijzigingen in huwelijkse voorwaarden vanaf die datum vallen onder de nieuwe regels.
Uitzonderingen op de fiscale plek
Uitzonderingen gelden voor:
- Huwelijkse voorwaarden met een ongelijke verdeling die vóór 18 april 2025 zijn overeengekomen.
- Finaal verrekenbeding met ongelijke verdeling die vóór 18 april 2025 is vastgelegd.
Let op! Elke wijziging van huwelijkse voorwaarden na 18 april 2025 maakt deze uitzonderingen ongedaan - ook als het een ander onderdeel betreft!
Wat kun je nu doen?
Ben je van plan om jouw huwelijkse voorwaarden te wijzingen of heeft dat recent gedaan? Neem dan zo snel mogelijk contact op met een fiscaal adviseur. De nieuwe regels rond de ongelijke verdeling huwelijksegoederengemeenschap en verrekenbeding kunnen grote financiële gevolgen hebben.
Neem contact op met onze expert.
Neem contact op