Werkelijk rendement in box 3 bij een personeelslening
Heb jij een personeelslening van je werkgever met een lage rente? Dan vraag je je misschien af hoe het werkelijke rendement in box 3 wordt berekend. Zeker als de rente op die lening onzakelijk laag is, is het belangrijk te weten wat er fiscaal telt.
Wat is een personeelslening?
Wanneer jij geld leent van je werkgever, hoort daar in principe een zakelijke rente bij. Dat is de rente die op het moment van afsluiten van de lening ook op de markt gebruikelijk zou zijn.
Als jouw werkgever een lagere rente rekent, krijg jij als werknemer een rentevoordeel. Dat voordeel ziet de Belastingdienst als loon uit dienstbetrekking, en het wordt dus belast als inkomen uit werk.
Rentevoordeel en vrije ruimte
Let op! jouw werkgever kan ervoor kiezen om dit rentevoordeel aan te wijzen in de vrije ruimte van de werkkostenregeling. In dat geval neemt de werkgever de belasting hierover voor zijn rekening.
Wordt de vrije ruimte op jaarbasis overschreden? Dan betaalt de werkgever over het meerdere 80% eindheffing.
Belangrijk! het rentevoordeel mag niet in de vrije ruimte worden opgenomen als het gaat om een lening voor een eigen woning waarvan de rente aftrekbaar is in de inkomstenbelasting.
Werkelijk rendement in box 3
Behoort jouw personeelslening tot box 3 (inkomen uit sparen en beleggen)? Dan speelt de vraag hoe het werkelijke rendement moet worden berekend voor de tegenbewijsregeling.
De Belastingdienst heeft aangegeven dat jij zowel de daadwerkelijk betaalde rente als het rentevoordeel mag meenemen als negatief rendement bij het bepalen van het totale werkelijke rendement in box 3.
Zo wordt er rekening gehouden met het feit dat jouw lening tegen een lagere rente loopt, terwijl het rentevoordeel al als loon is belast.
Neem contact op met onze expert.
Neem contact op