Header OverviewPage
Kennisbank - Fiscaal advies

Vanaf 2026 btw-vrijstelling voor maatschappelijk werk en schuldhulpverlening

Vanaf 1 januari 2026 geldt naar verwachting een verplichte btw-vrijstelling voor verschillende leveringen en diensten van sociale en culturele aard. Deze wijziging is onderdeel van de Fiscale Verzamelwet 2026.

Case

Diensten van sociale en culturele aard

De btw-vrijstelling geldt voor instellingen die diensten van sociale of culturele aard aanbieden en geen winst beogen. Tot nu toe gold deze vrijstelling ook in bepaalde gevallen voor instellingen die wél winst maakten, zoals:

  • Instellingen voor wijkverpleging (voor zover zij niet onder een andere vrijstelling vallen)

  • Dagverblijven voor gehandicapten met een indicatiebesluit

  • Aanbieders van preventieve jeugdhulp, inclusief personeel dat zij ter beschikking stellen

  • Samenwerkingsverbanden in eerstelijns- en geboortezorg die worden bekostigd via de Zorgverzekeringswet

  • Instellingen voor algemeen maatschappelijk werk en bedrijfsmaatschappelijk werk

  • Jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen volgens de Jeugdwet

  • Instellingen voor schuldhulpverlening, behalve bewindvoering binnen de wettelijke schuldregeling

Tot 1 januari 2026: keuze tussen btw of vrijstelling

Op 14 april 2023 oordeelde de Hoge Raad dat de bestaande lagere regelgeving in strijd was met de wet. Daardoor zouden winstbeogende instellingen eigenlijk 21% btw moeten rekenen over hun diensten.

Om deze overgang te verzachten, werd in een beleidsbesluit goedgekeurd dat instellingen konden kiezen om toch de btw-vrijstelling toe te passen — mits zij voldeden aan de eerder vastgestelde voorwaarden.
Dit besluit betekende géén uitbreiding van de vrijstelling, maar een tijdelijke oplossing.

Vanaf 1 januari 2026: verplichte btw-vrijstelling

In de Fiscale Verzamelwet 2026 wordt de wet zodanig aangepast dat de vrijstelling juridisch volledig aansluit bij de wet. De Tweede Kamer heeft dit wetsvoorstel al aangenomen. Zodra ook de Eerste Kamer instemt, geldt vanaf 1 januari 2026 een verplichte btw-vrijstelling voor alle bovengenoemde instellingen.

Er is dan dus geen keuze meer: instellingen die nu btw berekenen, moeten per 2026 weer verplicht de vrijstelling toepassen.

Herzienings-btw mogelijk bij overgang

Instellingen die de afgelopen periode btw hebben berekend en afgedragen, kunnen te maken krijgen met herzienings-btw. Dat betekent dat eerder afgetrokken btw op investeringen mogelijk deels moet worden terugbetaald.

Het is daarom belangrijk om op tijd te controleren welke gevolgen de wijziging heeft voor de administratie en btw-aftrek.

Wat betekent dit voor instellingen?

De wijziging heeft vooral impact op instellingen die:

  • Tot nu toe btw hebben berekend over hun diensten

  • Investeringsgoederen hebben aangeschaft met btw-aftrek

  • Hun dienstverlening combineren met andere btw-plichtige activiteiten

Het is verstandig om deze veranderingen tijdig door te nemen met een belastingadviseur of financieel specialist, zodat de overgang soepel verloopt.

25abd0cb2a58a46a23b2a0136202e848
Een vraag voor Wouter Swinkels?

Neem contact op met onze expert.

Neem contact op
Gerelateerde artikelen