Hoge belastingrente vennootschapsbelasting ter discussie bij Hoge Raad
De belastingrente van 8% die wordt toegepast bij de vennootschapsbelasting staat juridisch ter discussie. Zowel de Rechtbank Noord-Nederland als de Advocaat-Generaal (A-G) bij de Hoge Raad hebben zich kritisch uitgelaten over de hoogte van dit rentepercentage. De zaak is momenteel in behandeling bij de Hoge Raad en kan verstrekkende gevolgen hebben voor belastingplichtige ondernemingen.
Achtergrond: belastingrente bij vennootschapsbelasting
Belastingrente wordt in rekening gebracht indien de (voorlopige) aanslag niet tijdig wordt opgelegd, bijvoorbeeld wanneer een onderneming geen voorlopige aanslag aanvraagt vóór 1 mei of de aangifte indient na 1 juni van het daaropvolgende jaar. Ook bij afwijkingen van de aangifte kan belastingrente verschuldigd zijn.
Uitspraak rechtbank: schending van het evenredigheidsbeginsel
Op 7 november 2024 oordeelde de Rechtbank Noord-Nederland dat het destijds geldende rentepercentage van 8% in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Dit beginsel houdt in dat de nadelige gevolgen van een maatregel niet onevenredig mogen zijn in verhouding tot het beoogde doel. De rechtbank achtte het nadeel voor ondernemers disproportioneel ten opzichte van het onduidelijke doel van de regeling.
Advies van de Advocaat-Generaal
De A-G heeft in zijn advies aan de Hoge Raad eveneens geconcludeerd dat het rentepercentage van 8% te hoog is. Volgens hem is het percentage juridisch onverbindend, omdat het uitsluitend het rentenadeel van de Belastingdienst mag compenseren. Daarnaast stelt hij dat het motiveringsbeginsel en het evenredigheidsbeginsel zijn geschonden.
De A-G adviseert om het rentepercentage voortaan gelijk te stellen aan de wettelijke niet-handelsrente. Deze bedroeg:
- 2% in 2022
- 4% van januari tot juli 2023
- 6% van juli 2023 tot januari 2024
- 7% in 2024
- 6% vanaf januari 2025
Massaalbezwaarprocedure: wat betekent dit?
De bezwaren tegen de belastingrente zijn aangemerkt als onderdeel van een massaalbezwaarprocedure. Dit houdt in dat belastingplichtigen die bezwaar hebben gemaakt in soortgelijke zaken pas een uitspraak ontvangen nadat de Hoge Raad een definitief oordeel heeft geveld.
Let op! Alleen bezwaren die vóór 7 februari 2025 zijn ingediend én waarop nog geen uitspraak is gedaan, vallen onder deze procedure.
Bij voorlopige aanslagen is bezwaar niet mogelijk. In dat geval dient eerst een verzoek tot herziening te worden ingediend. Wordt dit verzoek afgewezen, dan kan daartegen alsnog bezwaar worden gemaakt.
Wat kunt u doen?
- Controleer uw aanslagen: Heeft u belastingrente betaald op een aanslag vanaf 2022? Overweeg dan tijdig bezwaar te maken.
- Dien een herzieningsverzoek in: Bij voorlopige aanslagen is dit de eerste stap.
- Raadpleeg uw fiscaal adviseur: De Belastingdienst zal bezwaren niet automatisch honoreren. Een goed onderbouwde aanpak is essentieel.
Neem contact op met onze expert.
Neem contact op