Opnieuw geen zorgeloze zomer op het terras?

(BOR)rel tijd, de reprise

Vorig jaar, in de aanloop naar de zomer, borrelde de vraag op in hoeverre de fiscale faciliteiten bij bedrijfopvolging versoberd gingen worden, met als ongunstigste scenario, afschaffing.

De kabinetsformatie was nog in volle gang en afhankelijk van de uiteindelijke samenstelling van het nieuw te vormen kabinet, zou dit bepalend zijn voor de levensvatbaarheid van de faciliteit in de schenk- en erfbelasting (bedrijfsopvolgingsregeling ‘BOR’) en inkomstenbelasting (doorschuifregeling ‘DSR’). Met het huidige kabinet leek de koude wind die over de BOR vanuit links woei, te zijn gaan liggen. “So-far-so-good”?

Helaas, de verwachtingen voor de continuïteit van de BOR en DSR blijven onbestendig.

Dus voor onze familiebedrijven, wederom geen zorgeloze zomer om te borrelen op het terras!

Tijdens dit voorjaar heeft het Centraal Plan Bureau (CPB) namelijk een rapport uitgebracht over de BOR en DSR. Ze hebben onderzocht of deze regelingen noodzakelijk, doeltreffend en doelmatig zijn. De conclusie is dat ze doeltreffend zijn omdat zij belastingheffing grotendeels voorkomen (BOR) of uitstellen (DSR).

In hoeverre de doorschuifregeling van de inkomstenbelasting (DSR) doelmatig en noodzakelijk is, is niet duidelijk geworden. De informatie die hiervoor nodig om dit te onderzoeken, bleek te ontbreken.

De regeling voor de schenk- en erfbelasting (BOR) wordt bestempeld als niet doelmatig.
In circa 75% van situaties waarbij deze regeling wordt toegepast, zijn volgens de bevindingen van het rapport, voldoende middelen aanwezig om de schenk- of erfbelasting gewoon te kunnen betalen. Een noodzakelijke reden voor de vrijstelling ontbreekt hierdoor. Voor situaties waarbij onvoldoende middelen aanwezig zijn, zou een betalingsregeling uitkomst kunnen bieden.

Daarnaast hebben GroenLinks en de PvdA inmiddels een initiatiefwetsvoorstel ingediend. Het voorstel houdt in dat de doorschuifregeling (DSR) van de inkomstenbelasting wordt afgeschaft en dat de bedrijfsopvolgingsregeling wordt versoberd door een vrijstelling van 25% te hanteren met een maximum van € 1 miljoen. Dat is heel wat minder dan de huidige regeling waarbij ruim € 1,1 miljoen volledig wordt vrijgesteld en het meerdere voor 83%.

Uiteraard, het is een initiatiefwetsvoorstel van een minderheid in de 2^e Kamer, maar de koude wind blijft hierdoor vanuit links waaien. Met zo’n koude wind is het niet gezellig borrelen.

De politiek en het weer blijven helaas moeilijk te voorspellen.

Het blijft dus koffiedikkijken op het winderige terras in hoeverre ons huidige kabinet de BOR en DSR kunnen blijven verdedigen na het verschijnen van het CPB-rapport en het ingediende initiatiefwetsvoorstel.